Stil

Het is stil zonder jou.

Ik mis je vertrouwde stem,

woorden, die ik nog graag horen wou.

Soms vragend, soms ad rem.

 

Het is stil zonder jou.

Je vertrouwde aanwezigheid

heeft plaatsgemaakt

voor die akelige rouw.

 

Het is stil zonder jou,

maar die stilte gaat voorbij.

En in plaats van die kou

warmt jouw herinnering in mij.

 

Alweer een maand geleden

verruilde jij het nu.

Je hebt je strijd gestreden

en bent gearriveerd in het continu.