Hoe teer bemin ik jou
bij avond en bij nacht
zelfs bij ochtenddauw
overmand door jouw pracht.
Je raakte mij
met al jouw zinnen
in elk jaargetij
ontmoet ik de godinnen.
Ik hoorde mijn stem vol liefde
voelde zinderende trots
en zag hoe het plots
weer je hart doorkliefde.